Toezichtsvisie, toezichtskader en toetsingskader Raad van Commissarissen

Binnen een woningcorporatie zijn drie belangen te onderscheiden: het volkshuisvestelijk belang, het bewonersbelang en het bedrijfsbelang. De afweging tussen deze belangen wordt in beginsel door de directeur-bestuur (Bestuurder) gedaan en wordt bewaakt door de raad van commissarissen (RvC), via het 'interne toezicht'. Door nieuwe wet- en regelgeving, is het ‘speelveld’ voor woningcorporaties sterk veranderd. Onderdeel hiervan zijn nieuwe kaders voor het interne toezicht.

In de Woningwet staat dat de commissarissen zich bij de vervulling van hun taak richten naar het belang van de corporatie, naar het te behartigen maatschappelijk belang en naar het belang van de betrokken belanghebbenden. Deze drie belangen kunnen echter door elk lid van de RvC verschillend geïnterpreteerd worden en de drie belangen kunnen tegengesteld aan elkaar zijn. Van belang is daarom, als RvC en Bestuurder, om hierover met elkaar het gesprek te voeren en tot een gedeelde visie te komen.


Als RvC en Bestuurder van De Vooruitgang verwoorden wij dit in onze Visie op toezichthouden. Hiermee geven we tevens invulling aan bepaling 1.1 uit de Governancecode woningcorporaties: ‘Bestuur en RvC hebben een visie op besturen en toezicht houden’.

Ook schetsen we hierbij het van toepassing zijnde Toezichtskader en het Toetsingskader. Het Toezichtskader bestaat uit landelijke wet- en regelgeving, de eigen interne regelgeving en het lokale maatschappelijke kader en het gemeentelijke volkshuisvestelijke beleid (Woonvisie en Prestatieafspraken). Dit kader is dus zowel intern (Statuten, reglementen) als extern (wetten, normen, beleid). Het Toetsingskader is voor de RvC een middel om bestuursbesluiten en voorstellen inhoudelijk te toetsen. Een toets op de ambities en doelstellingen en de daarvan afgeleide beleidsdoelstellingen en gestelde normen, zoals deze zijn vastgelegd in verschillende documenten.

Toezichtsvisie RvC (PDF)